Kees is 59 jaar als we met elkaar in contact komen, nu twee jaar geleden. Kees is dan al een jaar ziek en zijn arbeidsovereenkomst is na 14 jaar ten einde gekomen. Ja, daar zit je dan, geen baan meer, gezondheidsproblemen, inkomensverlies. Een lastig uitgangspunt voor werkhervatting.
Het doel van ons contact is om alles in het werk te zetten om terugkeer naar betaald werk mogelijk te maken. Ondanks een sterke motivatie en merkbare urgentie bij Kees is dit geen gemakkelijke opgave. In praktijk heeft Kees namelijk te maken met een aantal kwetsbare punten. (statistische gegevens over de arbeidsmarkt bevestigen deze punten):
- 50+ ers hebben een kwetsbare positie op de arbeidsmarkt, zeker als ze daarbij ook werkloos zijn
- Zogenaamde ‘vangnetters’ (mensen zonder baan die vanuit WW ziek worden) vormen een uiterst kwetsbare doelgroep op de arbeidsmarkt; relatief gezien raken ze meer (gedeeltelijk) arbeidsongeschikt
- Geen aansluiting op huidige functies. Kees heeft voordat hij ziek werd 14 jaar lang een bijzondere functie uitgeoefend die zelden voorkomt op de arbeidsmarkt; hierdoor ondervindt Kees problemen bij de aansluiting op ander werk dat beter past bij zijn huidige beperkingen
- Geen (actuele) kwalificatie. Kees heeft na zijn middelbare school, 40 jaar geleden, geen verdere beroepsopleiding of –cursus gevolgd
Het begeleidingstraject richt zich eerst op het bewerkstelligen van verder herstel en opbouw van werkvermogen. Voor iemand zonder baan is dat lastig want waar kan Kees weer bouwen aan zijn belastbaarheid? Na een heroriëntatie op zijn zoekrichting bepaalt Kees de functies waarop hij zich zou kunnen richten voor de toekomst. Ik zoek een werkomgeving voor hem die daar bij past en waar hij zonder (prestatie)druk en met ondersteuning van de werkgever lichte werkzaamheden kan gaan doen. Kees bouwt zo weer werkvermogen op en hij leert ook nog eens nieuwe taken. De werkgever neemt tijd om Kees te begeleiden; er is een goede klik. De gezondheid van Kees gaat vooruit; hij herstelt niet volledig. Toch bloeit hij op door de werkervaring en zijn (zelf)vertrouwen groeit.
Nu, twee jaar na dato is Kees inmiddels 61 jaar met nog beperkte tijd WW. Door de positieve ervaringen krijgt Kees een parttime betaalde baan aangeboden bij de re-integratiebiedende organisatie. Ook weet Kees door te investeren in zijn netwerk een tweede parttime baan te bemachtigen in zijn oude functie; elke dag één uur. Dat is qua belasting ook goed te doen.
Kees heeft weer perspectief om nog een aantal jaren met plezier te kunnen werken. Het is niet vanzelf gegaan, het was hard werken. Het verhaal van Kees illustreert echter dat het idee “ik ben te oud” sterker in het hoofd kan zitten dan de werkelijkheid laat zien.
TIPS
- Onderzoek je opvatting over jouw werkkansen als je denkt dat je te oud bent. Vraag je af: is het écht zo of DENK ik het slechts?
- Baseer je opvatting op feiten en onderzoek in praktijk je kansen via oriënterende gesprekken
- Wees bereid om ergens werkervaring op te doen om zo je startpositie te versterken en aantrekkelijk(er) te worden voor een werkgever